Kinderverhaaltje: De Magische Wereld achter het Raam van Noor



Terug naar het overzicht met kinderverhaaltjes

**De Magische Wereld achter het Raam van Noor**

Er was eens een klein meisje genaamd Noor. Ze woonde in een gezellig huisje aan de rand van een levendig dorp, omringd door groene velden en hoge bomen. Noor had een grote fantasie en hield ervan om naar buiten te kijken vanuit haar kamerraam. Het raam was groot en had mooie, houten kozijnen die glinsterden in de zon. Maar wat Noor niet wist, was dat er iets heel bijzonders achter dat raam verborgen lag.

Op een zonnige ochtend, terwijl de vogels vrolijk zongen en de lucht vol met de geur van bloeiende bloemen was, zat Noor op haar bed met haar favoriete knuffel, een grote teddybeer genaamd Teddie. Ze keek naar buiten en zag hoe de kinderen uit het dorp aan het spelen waren. "Oh Teddie," zuchtte ze, "ik zou willen dat ik ook met hen kon spelen."

Net op dat moment gebeurde er iets vreemds. Een lichte gloed verscheen achter het raam, en voordat Noor het goed en wel besefte, begon het glas te glinsteren als sterren aan de nachtelijke hemel. Haar ogen werden groot van verbazing toen ze een figuur zag verschijnen in de gloed.

Het was een kleine elf met sprankelende vleugels die als regenboogkleuren glinsterden. "Hallo, Noor!" zei de elf met een vrolijke stem. "Ik ben Lila, de elf van het Raam! Ik heb je gehoord wensen om te spelen."

Noor kon haar oren niet geloven. "Een elf? Hier? Achter mijn raam?" vroeg ze verbaasd.

"Ja!" zei Lila enthousiast. "En ik heb iets heel bijzonders voor jou! Wil je naar mijn magische wereld komen?"

Noor knikte vol enthousiasme en sprong van haar bed. "Ja! Ja! Ik wil heel graag komen!"

Lila stak haar hand uit en Noor voelde meteen een warme gloed door haar lichaam stromen. Met één sprongetje waren ze plotseling niet meer in Noors kamer, maar in een prachtige wereld vol kleuren die ze nooit eerder had gezien.

De lucht was blauw als sapphires en de bomen waren gemaakt van suikerspin. De bloemen dansten op de muziek van de wind en overal om hen heen vlogen kleurrijke vlinders die leken te glimlachen.

“Welkom in Elfenland!” zei Lila stralend terwijl ze rondfladderde.

Noor keek om zich heen met grote ogen vol verwondering. “Dit is ongelooflijk!” riep ze uit terwijl ze naar een boom rende die eruitzag als een reusachtige lolly.

“Kom mee!” riep Lila terwijl ze over een brug van regenboogkleurige stenen sprong.

Ze liepen samen verder door Elfenland en kwamen al snel bij een grote open plek waar elfen druk bezig waren met allerlei activiteiten. Sommige elfen maakten snoepjes, anderen dansten of speelden muziek op hun kleine instrumenten.

“Wat doen jullie allemaal?” vroeg Noor nieuwsgierig.

“We maken plezier!” antwoordde één van de elfen met groene vleugels die eruitzag als bladeren in de herfst. “Wil je meedoen?”

Noor voelde zich zo gelukkig dat ze bijna kon springen van blijdschap. “Ja! Wat kan ik doen?”

“Je kunt helpen snoepjes maken!” zei Lila enthousiast.

Noor ging aan het werk en leerde al snel hoe je snoepjes maakte die leken op sterren en maanlicht. Ze lachte hardop toen er per ongeluk wat suiker over haar neus viel, waardoor alle elfen moesten lachen.

Na urenlang plezier maken besloot Lila dat het tijd was voor iets spannends: “Laten we naar de Glimlachende Waterval gaan!”

“Noem je dat zo omdat hij glimlacht?” vroeg Noor nieuwsgierig terwijl ze hen volgde.

“Precies!” zei Lila met een knipoog. “Maar pas op! De waterval kan soms ook grappen uithalen!”

Toen ze bij de waterval aankwamen, zagen ze dat het water helder blauw was en prachtig glinsterde in het zonlicht. Maar ineens spoot er water omhoog als een fontein!

“Haha! Dat is zijn grapje!” lachte Lila terwijl zij snel achteruit sprong om niet nat te worden.

Noor kon niet stoppen met lachen toen ook zij werd natgespoten door het water dat uit de waterval kwam spuiten zoals confetti tijdens een feest!

Na al deze avonturen begon Noor zich echter af te vragen hoe laat het was in haar eigen wereld. “Lila,” vroeg ze voorzichtig, “hoe lang kan ik hier blijven?”

Lila’s gezicht veranderde even in bezorgdheid: “In Elfenland vliegt de tijd sneller dan hier bij jou thuis… Je moet terug voordat je ouders zich zorgen maken.”

“Noor,” zei Teddie ineens (ja, hij kon praten in deze magische wereld!), “misschien moeten we nu echt teruggaan.”

Noors hart begon sneller te kloppen; ze wilde niet weggaan maar wist ook dat Teddie gelijk had.

“Maar ik wil zoveel meer doen!” riep Noor wanhopig uit.

Lila glimlachte begripvol: “Je kunt altijd terugkomen! En weet je wat? Ik geef je dit.” Ze gaf Noor een klein flesje gevuld met glitterend poeder. “Als je ooit weer wilt komen spelen, strooi dit dan voor je raam.”

Met tranen in haar ogen nam Noor afscheid van haar nieuwe vrienden terwijl zij terugging naar het raam waar alles begon.

Een flits later stond zij weer veilig op haar kamer met Teddie stevig tegen zich aan gedrukt.

“Was het echt?” vroeg Teddie zachtjes terwijl hij zijn zachte pootjes tegen Noors gezicht drukte.

“Oh ja,” zei Noor met glanzende ogen vol herinneringen aan Elfenland. “Het was echt!”

Die avond viel Noor in slaap met dromen over suikerspinbomen en lachende watervallen, wetende dat er altijd magie achter haar raam wachtte om ontdekt te worden wanneer zij daar klaar voor was.

En zo leefde Noor verder met haar geheim – wetende dat avontuur altijd binnen handbereik lag zolang zij maar durfde te dromen…

**Einde**

Terug naar het overzicht met kinderverhaaltjes