In een klein dorpje, omringd door groene velden en hoge bomen, woonde een meisje genaamd Vera. Vera was een vrolijk meisje met lange, bruine haren en grote, heldere ogen. Ze hield van spelen met haar vrienden en lachen in de zon. Maar op een dag gebeurde er iets vreemds. Vera verloor haar glimlach.
Het begon op een gewone ochtend. Vera stond op, deed haar tandenpoetsen en keek in de spiegel. Maar toen ze naar zichzelf keek, merkte ze dat haar glimlach weg was. Ze probeerde te lachen, maar het lukte niet. "Wat is er aan de hand?" vroeg ze zich af.
Vera besloot naar haar beste vriend Samir te gaan. Samir was een jongen met een allochtone achtergrond. Hij kwam uit een ander land en had altijd leuke verhalen te vertellen. Vera klopte op zijn deur en hij deed open met een grote lach.
"Hallo Vera! Wat is er aan de hand?" vroeg Samir.
"Ik heb mijn glimlach verloren," zei Vera verdrietig.
Samir keek verbaasd. "Verloren? Hoe kan dat?"
"Ik weet het niet," antwoordde Vera. "Ik kan gewoon niet lachen."
Samir dacht even na. "Misschien moeten we gaan zoeken! We kunnen het dorp doorzoeken en vragen of iemand jouw glimlach heeft gezien."
Vera vond het een goed idee. Samen gingen ze op pad. Ze liepen eerst naar het park waar ze vaak speelden. De zon scheen helder en de vogels zongen vrolijk.
In het park zagen ze hun vriendinnen, Lotte en Noor, zitten op een bankje.
"Hoi Lotte! Hoi Noor!" riep Samir.
"Hoi jongens! Wat doen jullie?" vroegen de meisjes.
"Vera heeft haar glimlach verloren," zei Samir snel.
Lotte keek geschrokken. "Dat is erg! Hebben jullie al gezocht?"
"Nope," zei Vera somber. "We weten niet waar we moeten kijken."
Noor dacht even na en zei: "Misschien kunnen we helpen! We kunnen samen zoeken!"
De vier vrienden besloten om samen te zoeken naar Vera's glimlach. Ze splitsten zich op in twee groepen: Samir en Noor gingen naar de speeltuin, terwijl Lotte en Vera naar de winkelstraat gingen.
In de speeltuin klommen Samir en Noor op de schommels en vroegen aan andere kinderen of zij misschien iets wisten over de verloren glimlach van Vera.
"Hebben jullie mijn glimlach gezien?" vroeg Noor aan een groepje kinderen die aan het spelen waren.
De kinderen keken elkaar aan en schudden hun hoofd. "Nee, maar misschien moet je het vragen aan de oude man bij de boom," zei één van hen.
Terwijl Samir en Noor naar de oude man liepen, waren Lotte en Vera in de winkelstraat aangekomen. Ze keken in alle winkels maar konden niets vinden dat leek op een glimlach.
Bij de bakker zagen ze mevrouw Bakker staan met heerlijke broodjes in haar handen.
Mevrouw Bakker lachte vriendelijk terug maar schudde haar hoofd: "Nee, lieve meisjes, ik heb geen glimlach gezien vandaag."
Vera voelde zich steeds verdrietiger worden terwijl ze door de straat liepen zonder resultaat. “Wat als ik mijn glimlach nooit meer terugvind?” vroeg ze zachtjes tegen Lotte.
“Maak je geen zorgen,” zei Lotte bemoedigend. “We blijven zoeken tot we hem vinden!”
Ondertussen hadden Samir en Noor eindelijk de oude man bij de boom bereikt. Hij had grijze haren en droeg een grote hoed die zijn gezicht gedeeltelijk bedekte.
“Hallo meneer!” begon Samir voorzichtig. “We zijn op zoek naar mijn vriendin’s glimlach.”
De oude man keek hen nieuwsgierig aan met zijn vriendelijke ogen. “Een glimlach? Dat is bijzonder,” zei hij langzaam terwijl hij nadenkte.
“Ja,” voegde Noor toe, “ze kan niet lachen.”
De oude man knikte begrijpend: “Soms verliezen mensen hun glimlach omdat ze vergeten wat hen gelukkig maakt.”
“Maar hoe kunnen we dat weer terugvinden?” vroeg Samir wanhopig.
“Zoek naar wat je blij maakt,” antwoordde hij wijsjes voordat hij weer naar zijn boek ging kijken onder de boom.
Samir en Noor keken elkaar aan met nieuwe hoop in hun ogen. “Misschien moeten we kijken wat Vera blij maakt!” stelde Noor voor.
Terug bij Lotte en Vera had Lotte al verschillende ideeën bedacht om Vera weer blij te maken: “Wat als we gaan picknicken? Of misschien kunnen we samen schilderen?”
Vera dacht na over deze ideeën maar voelde nog steeds dat er iets ontbrak in haar hartje.
Uiteindelijk besloten ze om samen naar het meer te gaan waar ze vaak speelden tijdens warme dagen in de zomermaanden.
Bij het meer aangekomen voelde Vera al snel iets veranderen binnenin haar; het geluid van kabbelend water maakte haar rustig.
Ze gingen zitten op het gras onder een grote boom die schaduw gaf.
Lotte begon te vertellen over hun avonturen van vorig jaar; hoe ze samen hadden gezwommen in het meer of hoe ze hadden gekampeerd onder sterrenhemel.
Langzaam begon er weer iets te bloeien binnenin Vera; herinneringen kwamen terug die ooit zo belangrijk voor haar waren geweest.
En toen gebeurde er iets magisch; terwijl ze lachten om Lottes verhalen voelde zij plotseling weer die sprankeling van vreugde.
Haar lippen krulden omhoog tot een echte lach!
“Ik heb mijn glimlach terug!” riep ze blij uit terwijl tranen van blijdschap over haar wangen rolden.
Haar vrienden juichten allemaal samen met haar; zelfs enkele voorbijgangers keken nieuwsgierig om hen heen.
Vera voelde zich vrijer dan ooit tevoren; soms was alles wat je nodig had gewoon herinneringen ophalen met goede vrienden.
Die avond gingen zij allemaal samen terug naar huis vol vreugde; want soms kon je je eigen geluk vinden door simpelweg tijd door te brengen met degenen die je liefhad.
En zo eindigde Vera’s zoektocht; niet alleen had zij geleerd dat geluk soms dichtbij was maar ook dat vriendschap alles kon veranderen!
Vanaf die dag droeg zij altijd opnieuw die mooie lach op haar gezicht – want nu wist zij dat zelfs als dingen moeilijk waren er altijd hoop was zolang je vrienden bij je waren!