Kinderverhaaltje: Bram in Het Land Van De Onzichtbare Wezens (door een nieuwsgierige hond)



Terug naar het overzicht met kinderverhaaltjes

**Bram in Het Land Van De Onzichtbare Wezens**

Er was eens een jongen genaamd Bram. Hij woonde in een klein dorpje aan de rand van een groot bos. Bram was nieuwsgierig en hield van avontuur. Elke dag na school ging hij naar het bos om te spelen. Hij vond het leuk om nieuwe dingen te ontdekken.

Op een zonnige middag besloot Bram verder het bos in te gaan dan ooit tevoren. Hij liep en liep, tot hij op een plek kwam waar de bomen heel dicht bij elkaar stonden. Het was er stil en donker. Bram voelde een rilling over zijn rug lopen, maar zijn nieuwsgierigheid was groter dan zijn angst.

Plotseling hoorde hij een zacht gefluister. "Wie is daar?" vroeg Bram met een trilling in zijn stem. Maar er was niemand te zien. Het gefluister ging door, als een zachte bries die door de bladeren waaide.

Bram besloot om verder te lopen. Toen zag hij iets glinsteren tussen de bomen. Het leek wel een lichtje! Vol enthousiasme liep hij ernaartoe. Toen hij dichterbij kwam, merkte hij dat het lichtje niet echt was, maar iets dat leek op een zwevend bolletje lucht.

"Wat ben jij?" vroeg Bram verbaasd.

"Ik ben Flon," zei het bolletje lucht met een vrolijke stem. "Ik kom uit het Land Van De Onzichtbare Wezens."

"Onzichtbare wezens?" herhaalde Bram met grote ogen. "Bestaan die echt?"

"Ja," zei Flon enthousiast. "Ze leven hier in het bos, maar je kunt ze niet zien zoals jij mij ziet."

Bram kon zijn oren niet geloven. "Kun je me meenemen naar dat land?" vroeg hij vol verlangen.

Flon knikte en zei: "Ja, als je dapper genoeg bent." Bram voelde zich dapper en knikte terug.

Flon zweefde voor Bram uit en leidde hem dieper het bos in. Ze kwamen bij een grote boom met een holte erin. "Dit is de ingang," zei Flon.

Bram keek naar de holte en voelde zich zenuwachtig, maar ook opgewonden. Hij stapte naar binnen en plotseling voelde hij zich licht worden, alsof hij zweefde.

Toen hij weer op de grond stond, keek hij om zich heen en zag iets wonderlijks: kleuren die hij nog nooit had gezien! De lucht was paars en de bomen waren blauw met gouden bladeren.

"Welkom in Het Land Van De Onzichtbare Wezens!" riep Flon blij.

Bram kon zijn ogen niet geloven. Overal om hem heen waren wezens die dansten en speelden, maar ze waren onzichtbaar voor het blote oog van mensen zoals hijzelf.

"Hoe kan ik jullie zien?" vroeg Bram nieuwsgierig.

Flon glimlachte en zei: "Je moet leren kijken met je hart."

Bram dacht na over wat Flon had gezegd. Hij sloot zijn ogen en concentreerde zich op wat hij voelde: vreugde, liefde en avontuur! Toen opende hij zijn ogen weer en tot zijn verbazing zag hij nu schaduwen van wezens die vrolijk rondvlogen!

"Wow!" riep Bram uit terwijl hij naar hen wees. "Ik zie jullie!"

De wezens lachten en maakten sprongetjes van blijdschap. Ze leken blij dat iemand hen eindelijk kon zien.

Een van de wezens kwam dichterbij; ze had vleugels als vlinders en glinsterde als sterrenlicht. "Ik ben Lila," zei ze met een zachte stem. "Wil je met ons spelen?"

Bram knikte enthousiast en samen gingen ze op avontuur door dit magische land vol kleuren en geluiden die nooit eerder gehoord waren.

Ze speelden verstoppertje tussen de bomen, dansten op de wolken van suikerwolken en maakten muziek met de geluiden van de natuur om hen heen.

Na uren spelen begon de zon onder te gaan, waardoor alles in gouden licht werd gehuld.

"We moeten terug," zei Flon voorzichtig tegen Bram. "Als je niet teruggaat voordat het donker is, kun je hier blijven."

Bram voelde een steek van verdriet bij het idee om weg te gaan, maar tegelijkertijd wist hij dat zijn ouders zich zorgen zouden maken als hij niet thuis zou komen.

Met tegenzin nam Bram afscheid van Lila en de andere wezens. Ze gaven hem allemaal knuffels voordat ze weer onzichtbaar werden.

Flon leidde hem terug naar de grote boom waar alles begon. “Je kunt altijd terugkomen,” zei Flon bemoedigend terwijl ze samen door de holte stapten.

Toen ze weer in het bos stonden waar alles begon, draaide Bram zich om naar Flon: “Dank je wel voor dit avontuur!”

“Geen dank,” zei Flon met een glimlach voordat hij langzaam verdween in het licht van de ondergang.

Bram rende naar huis met zijn hart vol vreugde en verhalen over wat er gebeurd was in Het Land Van De Onzichtbare Wezens.

Thuis aangekomen vertelde hij alles aan zijn ouders over Lila, Flon en alle avonturen die ze hadden beleefd samen met de onzichtbare wezens.

Zijn ouders luisterden aandachtig maar geloofden hem niet helemaal; ze dachten dat het gewoon fantasie was.

Maar dat maakte niets uit voor Bram; diep van binnen wist hij dat wat er gebeurd was echt was.

De volgende dagen kon Bram alleen maar denken aan Lila en al zijn nieuwe vrienden.

Hij besloot elke dag na school weer naar het bos te gaan.

En elke keer als hij bij die grote boom kwam, sloot hij zijn ogen opnieuw.

En elke keer leerde hij meer over kijken met zijn hart.

Op een dag zou iedereen kunnen zien wat zij zagen; dat beloofde Bram zichzelf.

Want wie weet hoeveel avonturen er nog meer zouden wachten in Het Land Van De Onzichtbare Wezens?

Terug naar het overzicht met kinderverhaaltjes