In een drukke stad, waar de gebouwen hoog waren en de straten vol mensen, woonde een jongen genaamd Ruben. Ruben was een gewone jongen, maar hij had iets bijzonders: hij was altijd op zoek naar avontuur. Hij had een grote fantasie en kon zich in alles verplaatsen. Maar soms, als hij zich verveelde, kon hij ook best ongeduldig zijn. Dat kwam misschien door zijn ADHD.
Ruben had een beste vriendin, Fenna. Fenna was altijd vrolijk en had een lach die iedereen opvrolijkte. Ze was iets kleiner dan Ruben, maar dat maakte haar niet minder dapper. Samen waren ze een goed team. Ze zaten vaak samen in het park te kletsen of te spelen met hun smartphones.
Op een dag zat Ruben weer eens te zuchten op het schoolplein. "Wat moeten we nu weer doen?" vroeg hij met een frons op zijn gezicht.
Fenna keek om zich heen en zei: "Laten we naar de bergen gaan! Ik heb gehoord dat daar ergens een schat ligt."
Ruben's ogen gingen glinsteren. "Een schat? Waar dan?"
"Ik weet het niet precies," antwoordde Fenna, "maar ik heb het van mijn buurjongen gehoord. Hij zei dat er iets verborgen ligt in de bergen."
Ruben sprong op van enthousiasme. "Laten we gaan! We kunnen onze fietsen pakken!"
En zo gezegd, zo gedaan. Ze fietsten naar de rand van de stad en kwamen al snel bij de bergen aan. De lucht was fris en de zon scheen fel boven hun hoofden.
"Dit is echt leuk!" riep Ruben terwijl ze omhoog fietsten.
"Ja, maar ik hoop dat die schat echt bestaat," zei Fenna terwijl ze haar fiets parkeerde bij een grote boom.
Ze keken om zich heen en zagen alleen maar rotsen en bomen. Het leek wel alsof niemand ooit hier was geweest.
"Wat als we gewoon gaan zoeken?" stelde Ruben voor.
Fenna knikte enthousiast en samen begonnen ze te graven in de grond onder de boom. Na een paar minuten graven kwamen ze alleen maar op takken en stenen.
"Dit is saai," zei Ruben terwijl hij zijn handen afveegde aan zijn broek.
"Misschien moeten we verder omhoog," stelde Fenna voor.
Ze besloten om verder te klimmen naar de top van de berg. Het was best steil, maar ze hielpen elkaar omhoog en na enige tijd stonden ze bovenop met uitzicht over de vallei.
"Wauw! Kijk daar beneden!" riep Fenna terwijl ze haar armen wijd open deed als een vogel die wilde vliegen.
Ruben keek ook en zag hoe mooi alles eruitzag: huizen, straten en zelfs het park waar ze vaak speelden.
"Dit is geweldig!" zei hij blij.
Maar toen begon Ruben zich weer te vervelen. "Wat nu? We hebben nog steeds geen schat gevonden."
Fenna dacht even na en zei toen: "Misschien moeten we gewoon wat rondkijken."
Ze liepen verder over de top van de berg totdat ze bij een klein grotje kwamen. Het zag er oud uit, met veel mos erop.
"Zou daar misschien iets liggen?" vroeg Fenna nieuwsgierig.
Ruben knikte enthousiast en samen gingen ze naar binnen. Het was donker binnenin, maar gelukkig hadden ze hun telefoons bij zich om wat licht te maken.
Binnenin vonden ze niets anders dan wat oude stenen en takken. Maar toen zag Ruben iets glinsteren achteraan in het grotje.
"Hé! Wat is dat?" riep hij terwijl hij er naartoe liep.
Het bleek een oude metalen kist te zijn! Zijn hart klopte sneller van opwinding terwijl hij het stof wegveegde met zijn handen.
"Zou dit de schat zijn?" vroeg Fenna met grote ogen vol verwachting.
Ruben opende voorzichtig het slot van de kist met zijn zakmes dat hij altijd bij zich had. Toen hij het openmaakte, zagen ze tot hun verbazing... niets!
"Niets? Dit kan niet waar zijn!" riep Ruben teleurgesteld terwijl hij in de kist keek alsof er nog iets verborgen lag onderin.
Fenna lachte zachtjes: "Misschien is dit wel onze schat! Een avontuur zonder echte schatten!"
Ruben moest lachen om haar optimisme. "Ja, misschien heb je gelijk."
Ze besloten om terug naar beneden te gaan en hun avontuur aan anderen te vertellen. Terwijl ze naar beneden liepen, kwam er ineens iemand aanlopen: het was meneer Yasin, hun bezorgde tuinier uit de buurt!
"Mensen! Wat doen jullie hier zo ver weg van huis?" vroeg meneer Yasin met zijn baard die wiegde als hij sprak.
"We zochten naar een schat in de bergen!" antwoordde Fenna enthousiast.
Meneer Yasin lachte hardop: "Een schat? In deze bergen? Jullie weten toch dat echte schatten niet altijd goud of juwelen zijn?"
Ruben trok zijn wenkbrauwen omhoog: "Maar wat dan?"
Meneer Yasin dacht even na voordat hij antwoord gaf: "Schatten kunnen ook herinneringen zijn of avonturen zoals jullie vandaag hebben gehad."
Ruben keek naar Fenna en zij knikte instemmend; misschien had meneer Yasin wel gelijk!
Terwijl ze terugfietsten naar huis vertelde meneer Yasin hen over andere avonturen die hij had meegemaakt toen hij jonger was geweest – verhalen over reizen naar verre landen vol kleuren en smaken die je nooit vergeet!
Toen ze eindelijk thuis waren aangekomen voelde Ruben zich blij ondanks dat er geen echte schat gevonden was; want soms is het avontuur zelf al genoeg om gelukkig te maken!
En zo eindigde hun dag vol avontuur in de bergen zonder geheimen of magie – gewoon twee vrienden die samen plezier hadden gehad in hun eigen stadse omgeving!