Op een mooie dag, hoog op een heuveltop, zat een jongen genaamd Jasper. Hij keek naar de horizon waar de zon langzaam onderging. De lucht kleurde oranje en roze, en dat vond hij prachtig. Jasper had altijd al van kleuren gehouden. Hij hield van tekenen en schilderen, maar soms voelde hij zich een beetje alleen.
Niet ver van Jasper woonde Mireille. Ze had lang zwart krullend haar en droeg altijd kleurrijke kleding. Mireille was creatief en maakte de mooiste schilderijen. Ze kon met haar penseel de wereld om haar heen vastleggen. Maar soms voelde ze zich neerslachtig, vooral als ze niet goed kon uitleggen wat ze bedoelde.
Op een dag besloot Jasper naar Mireille te gaan. Hij had gehoord dat ze weer aan het schilderen was. Toen hij bij haar huis aankwam, zag hij dat ze op de grond zat met verf en penselen om zich heen.
“Mireille!” riep Jasper vrolijk. “Wat ben je aan het maken?”
Mireille keek op en glimlachte. “Ik probeer de laatste trein te schilderen die voorbij kwam,” zei ze terwijl ze naar het doek wees. Het was een prachtig schilderij vol kleuren, maar de trein leek een beetje verdrietig.
“Waarom is de trein verdrietig?” vroeg Jasper nieuwsgierig.
Mireille zuchtte zachtjes. “Ik weet het niet precies,” zei ze. “Misschien omdat hij nooit stopt om te kijken naar wat er om hem heen is.”
Jasper knikte begrijpend. Hij begreep wat ze bedoelde, ook al had hij soms moeite met lezen en schrijven door zijn dyslexie. Woorden dansten in zijn hoofd als gekke vlinders, maar kleuren waren altijd duidelijk voor hem.
“Zullen we samen schilderen?” vroeg Jasper enthousiast.
Mireille keek hem aan met grote ogen. “Ja! Dat lijkt me leuk!” Ze pakte een extra penseel en gaf het aan Jasper.
Ze begonnen samen te schilderen op het gras onder de grote boom die hun schaduw gaf. De zon scheen fel en alles voelde vrolijk aan. Terwijl ze schilderden, praatten ze over hun dromen en wensen.
“Ik wil ooit naar Suriname,” zei Mireille dromerig terwijl ze met haar penseel over het doek streek. “Ik wil de jungle zien en alle kleuren van de bloemen.”
“Dat klinkt geweldig!” zei Jasper enthousiast. “En ik wil leren hoe ik beter kan tekenen zonder dat ik zo veel moet nadenken over woorden.”
Ze lachten samen terwijl ze verder schilderden, elk in hun eigen wereld van kleuren en vormen.
De lucht begon donkerder te worden toen ze hun laatste penseelstreken maakten op het doek. Mireille keek naar haar schilderij van de trein die nu vrolijker leek dan eerst.
“De trein is nu blij,” zei Mireille tevreden.
Jasper knikte instemmend. “Ja! Hij heeft ons gezien!”
Plotseling hoorden ze in de verte het geluid van een treinfluitje. Het klonk als muziek in hun oren! Ze keken elkaar aan met grote ogen vol verwondering.
“Zullen we gaan kijken?” vroeg Mireille snel.
“Ja!” riep Jasper enthousiast, en samen renden ze naar het spoor dat niet ver van hen vandaan lag.
Toen ze bij het spoor aankwamen, zagen ze de trein al aankomen met veel rook die uit zijn schoorsteen kwam. De wagons waren felgekleurd: rood, geel, groen en blauw! Het was alsof alle kleuren uit hun schilderijen tot leven kwamen in deze trein.
De trein stopte vlak voor hen, en de deuren gingen open met een zachte klik-klink geluidje. Een vriendelijke conducteur stak zijn hoofd uit het raam en glimlachte naar hen.
“Hallo daar! Willen jullie misschien een ritje maken?” vroeg hij vrolijk.
Jasper keek naar Mireille, die stralend lachte met haar ogen vol vreugde. “Ja! Dat willen we!”
Ze sprongen in de trein en zochten een plekje bij het raam waar ze konden kijken hoe alles voorbijraasde: velden vol bloemen, bomen die wiegden in de wind en zelfs andere kinderen die buiten speelden.
Terwijl de trein verder reed, vertelde Mireille over haar dromen om te schilderen in Suriname, terwijl Jasper vertelde over zijn wens om beter te leren tekenen zonder angst voor woorden te hebben.
Na een tijdje stopte de trein weer bij een klein stationnetje dat er heel gezellig uitzag met bloemen rondom het gebouwtje.
“Dit is onze halte!” zei de conducteur blij terwijl hij hen uitnodigde om uit te stappen.
Buiten zagen ze dat er veel mensen waren die ook genoten van deze plek vol kleurige bloemen en vrolijke geluiden van spelende kinderen.
Jasper voelde zich gelukkig terwijl hij naast Mireille stond; samen waren zij als twee kleurrijke penseelstreken op een groot canvas vol leven!
Ze besloten om nog even rond te kijken voordat ze teruggingen met de laatste trein van die dag. Terwijl zij rondliepen tussen alle bloemen dacht Jasper na over wat hij had geleerd: dat je soms gewoon moet genieten van wat er is zonder je druk te maken over woorden of dingen die moeilijk zijn.
En zo eindigde hun avontuur voor vandaag; twee vrienden op zoek naar kleur in hun leven, net zoals in hun kunstwerken – simpelweg blij met elkaar!
Toen zij weer terugstapten in de trein voelden zij zich vrijer dan ooit tevoren; geen zorgen meer over woorden of gedachten – alleen maar vreugde in elke kleur om hen heen!
En zo reed de laatste trein hen terug naar huis onder een sterrenhemel vol dromen…