Kinderverhaaltje: De schaduw die ons volgt (door een kapperszaak eigenaar)



Terug naar het overzicht met kinderverhaaltjes

**De schaduw die ons volgt**

Op de top van een heuvel in het verre India, waar de lucht helder en blauw was, stond een klein, wit huisje. Het huisje had een vintage uitstraling, met houten luiken die zachtjes kraakten als de wind erdoorheen blies. De zon scheen fel op het dak, en de schaduw van het huis viel over de groene grasvelden die zich als een tapijt om de heuvel verspreidden. Dit was de plek waar Aditi woonde, een tandartsassistent met lang, tenger haar dat altijd in een staart was gebonden.

Aditi werkte in de stad beneden, waar ze elke dag patiënten ontving in de tandartspraktijk van dokter Rao. Ze hield van haar werk, niet alleen omdat ze mensen hielp hun glimlach te verbeteren, maar ook omdat ze elke dag nieuwe verhalen hoorde. De patiënten kwamen uit verschillende delen van India en brachten hun eigen geschiedenis met zich mee. Aditi luisterde aandachtig naar hun verhalen terwijl ze hen voorbereidde op hun behandeling.

Haar leven was eenvoudig en voorspelbaar. Elke ochtend maakte ze haar ontbijt: een kom dampende havermout met stukjes mango en een snufje kaneel. Daarna trok ze haar witte schort aan en ging naar beneden om te werken. Maar er was iets dat Aditi altijd achtervolgde – een schaduw die haar volgde waar ze ook ging.

Deze schaduw was niet letterlijk; het was meer een gevoel dat haar vergezeld ging. Het herinnerde haar aan momenten van verdriet en gemis uit haar verleden. Aditi had altijd geweten dat ze anders was dan anderen. Ze had autisme spectrum stoornis, wat betekende dat sociale interacties soms moeilijk voor haar waren. Ze voelde zich vaak als een buitenstaander in gesprekken vol gelach en vrolijkheid.

Toch vond Aditi troost in de routine van haar werk. De geur van antiseptische middelen vulde de lucht in de praktijk, terwijl het geluid van boren en het zachte gefluister van patiënten om haar heen klonken als muziek voor haar oren. Ze vond het fijn om dingen te ordenen: instrumenten netjes op hun plaats leggen en ervoor zorgen dat alles klaar was voor dokter Rao.

Op een dag kwam er een nieuwe patiënt binnen: Ravi, een jongen van ongeveer tien jaar oud met grote ogen vol nieuwsgierigheid. Hij had zijn moeder aan zijn hand vastgehouden toen hij binnenkwam en keek rond met verwondering. Aditi merkte meteen dat hij nerveus was; zijn handen trilden lichtjes terwijl hij op de stoel ging zitten.

"Hallo Ravi," zei Aditi vriendelijk terwijl ze hem begroette met een warme glimlach. "Ik ben Aditi, je tandartsassistent."

Ravi knikte maar zei niets terug. Zijn moeder gaf hem bemoedigend een duwtje in zijn rug, maar Ravi bleef stilletjes zitten.

Aditi begreep wat hij voelde; ze wist hoe moeilijk het kon zijn om naar de tandarts te gaan, vooral voor iemand zoals Ravi die misschien ook anders was dan anderen. Terwijl dokter Rao binnenkwam om Ravi te onderzoeken, voelde Aditi opnieuw die bekende schaduw achter zich – het gevoel dat altijd aanwezig was wanneer ze geconfronteerd werd met situaties waarin mensen niet begrepen wat zij doormaakte.

Na afloop van Ravi's afspraak kwam zijn moeder naar Aditi toe om te bedanken voor de zorgvuldige behandeling van haar zoon.

"Je hebt hem echt geholpen," zei ze met oprechte waardering in haar stem.

Aditi voelde zich warm worden bij deze woorden; het deed goed om te weten dat ze iets betekende voor iemand anders. Maar tegelijkertijd voelde ze ook weer die schaduw – het besef dat hoewel zij anderen hielp, zij zelf vaak worstelde met gevoelens van isolatie.

De dagen gingen voorbij en Ravi kwam regelmatig terug voor controles. Langzaam maar zeker begon hij meer te praten tegen Aditi tijdens zijn bezoeken. Hij vertelde over school, over zijn vrienden en over zijn dromen om later kunstenaar te worden. Voor het eerst voelde Aditi zich verbonden met iemand anders; misschien omdat zij ook altijd had gedroomd over creativiteit en kunst.

Op een middag na schooltijd besloot Ravi langs te komen bij het huisje op de heuvel waar Aditi woonde. Hij wilde graag tekenen onder de grote boom die naast het huis stond – dezelfde boom waaronder Aditi vaak zat om na te denken over alles wat er gebeurde in haar leven.

Toen hij aankwam, zag hij hoe mooi alles eruitzag: bloemen bloeiden in verschillende kleuren rondom het huisje en vogels floten vrolijk boven hun hoofden terwijl ze samen zaten onder de boom.

"Wat ga je tekenen?" vroeg Aditi nieuwsgierig terwijl ze naast hem ging zitten op het gras.

Ravi keek even naar zijn schetsboek voordat hij antwoordde: "Ik wil deze plek tekenen! Het is zo mooi hier."

Aditi glimlachte terwijl ze naar hem keek; zijn enthousiasme werkte aanstekelijk op haar gemoedstoestand. Terwijl hij tekende, liet hij zijn creativiteit stromen zonder enige angst of terughoudendheid.

De zon begon onder te gaan en kleurde de lucht oranje-roze toen Ravi eindelijk klaar was met zijn tekening. Hij draaide zich naar Aditi toe met glinsterende ogen vol trots.

"Kijk!" riep hij enthousiast terwijl hij zijn schetsboek omhoog hield zodat zij kon zien wat hij had gemaakt.

Aditi bekeek zijn werk aandachtig; elke lijn vertelde iets over deze plek – over hen beiden die samen waren gekomen onder deze oude boom op deze heuveltop waar geschiedenis tot leven kwam door middel van kunst en creativiteit.

Terwijl zij samen daar zaten onder de boom begon Aditi langzaam maar zeker die schaduw achter zich los te laten; misschien omdat zij nu wist dat zelfs al voelde zij zich soms alleen of anders dan anderen, er altijd ruimte zou zijn voor verbinding – zelfs zonder woorden of geheimen tussen hen beiden.

En zo gingen dagen voorbij waarin Ravi steeds vaker langs kwam bij Aditi’s huisje op de heuveltop; samen ontdekten zij niet alleen elkaars wereld maar ook zichzelf door middel van kunst – zonder enige druk of verwachtingen – gewoon twee zielen die elkaar vonden in eenvoudigheid en schoonheid van alledaagse momenten.


Terug naar het overzicht met kinderverhaaltjes