Kinderverhaaltje: De vriendelijkheid van de onbekende (door een webontwikkelaar)



Terug naar het overzicht met kinderverhaaltjes

**De vriendelijkheid van de onbekende**

Op een zonnige dag, met een heldere blauwe lucht en een zachte bries die over de heuveltop waaide, zat Finn op het gras. Hij had zijn gitaar bij zich en speelde vrolijke deuntjes terwijl hij naar de uitgestrekte velden keek. De velden waren vol met kleurrijke bloemen die in de wind dansten. Finn was een jongen met een grote glimlach en altijd vol enthousiasme. Hij hield van muziek en het maken van avonturen.

Niet ver van hem zat Nina, zijn klasgenootje. Ze was druk bezig met het schilderen van een muurschildering op de muur van een oud huis dat aan de rand van de heuvel stond. Het huis was al jaren verlaten, maar Nina vond het leuk om het weer tot leven te brengen met haar creatieve ideeën. Vandaag had ze besloten om een grote papegaai te schilderen, die vrolijk op een tak zat te poseren.

“Finn! Kijk eens!” riep Nina enthousiast terwijl ze haar penseel omhooghield. “Wat vind je ervan?”

Finn stopte even met spelen en keek naar haar kunstwerk. “Wow! Dat ziet er geweldig uit! Maar… is dat niet het verkeerde huis?” vroeg hij met een grijns.

Nina lachte hardop. “Ja, misschien wel! Maar ik vind dit huis leuker om te schilderen!” Ze gaf hem een knipoog en ging verder met haar werk.

Terwijl ze bezig waren, kwam er een oude man voorbij wandelen. Hij droeg een hoed die zo groot was dat je er bijna onder kon schuilen. Zijn naam was meneer Jansen, en hij was de leraar van Finn en Nina op school. Meneer Jansen had altijd verhalen over avonturen in verre landen en kon goed jongleren met appels.

“Hallo daar!” zei meneer Jansen terwijl hij hen begroette. “Wat zijn jullie aan het doen?”

“We zijn creatief bezig!” antwoordde Nina trots. “Ik schilder deze prachtige papegaai!”

Meneer Jansen knikte goedkeurend. “Dat ziet er fantastisch uit! En Finn, speel je weer op je gitaar?”

“Ja!” zei Finn blij. “Wil je meedoen? We kunnen samen muziek maken!”

Meneer Jansen lachte en schudde zijn hoofd. “Ik ben geen muzikant zoals jij, maar ik kan wel jongleren als ik wil.” Hij haalde drie appels uit zijn tas en begon ze in de lucht te gooien.

Finn en Nina keken vol bewondering toe hoe meneer Jansen jongleerde. De appels vlogen als vogels door de lucht, soms bijna tegen elkaar aan botsend, maar altijd weer veilig in zijn handen landend.

“Dat is echt knap!” zei Finn terwijl hij klapte voor meneer Jansen’s kunsten.

Na het jongleren besloot meneer Jansen om even bij hen te blijven zitten op het gras. Ze praatten over hun favoriete spellen en hoe ze soms verloren in Monopoly omdat ze altijd teveel geld uitgaven aan hotels.

“Als ik Monopoly speel,” zei Nina lachend, “dan koop ik altijd komkommers in plaats van huizen!”

Finn barstte in lachen uit toen hij zich voorstelde hoe Nina met komkommers zou proberen te winnen in het spel.

“En wat als we nu samen iets leuks doen?” stelde meneer Jansen voor nadat ze allemaal hadden gelachen.

“Wat bedoel je?” vroeg Finn nieuwsgierig.

“Mmm… laten we een wedstrijdje doen! Wie kan het beste iets tekenen of schilderen terwijl we muziek maken?” stelde meneer Jansen voor.

Nina sprong enthousiast op: “Dat klinkt geweldig! Ik ga mijn papegaai afmaken!”

Finn pakte snel zijn gitaar weer op en begon vrolijke akkoorden te spelen terwijl Nina zich concentreerde op haar muurschildering.

De zon begon langzaam onder te gaan achter de heuvels, waardoor alles in gouden kleuren werd gehuld. De velden leken wel bedekt met glinsterende sterren door het zonlicht dat erop viel.

Nina werkte hard aan haar papegaai terwijl Finn vrolijk speelde op zijn gitaar. Meneer Jansen keek toe en af en toe deed hij mee door ritmisch mee te klappen op de maat van de muziek.

Plotseling hoorde Finn iets raars boven hun hoofd fladderen. Een vogel kwam aanvliegen; het was geen gewone vogel maar een kleurrijke papegaai die recht naar hen toe vloog!

“Wow! Kijk!” riep Finn verrast terwijl hij naar boven wees.

De papegaai landde vlakbij hen op een tak van een boom die naast het oude huis stond. Het beestje keek nieuwsgierig naar wat ze aan het doen waren, alsof het ook wilde meedoen aan hun avontuur.

Nina stopte even met schilderen en zei: “Misschien vindt deze papegaai mijn kunstwerk wel mooi!”

De papegaai leek inderdaad geïnteresseerd; hij fladderde dichterbij en begon zachtjes te kwetteren alsof hij wilde zingen bij Finn’s gitaarspel.

“Meneer Jansen,” zei Nina plotseling, “wat als we deze papegaai onze mascotte maken? Dan kunnen we hem meenemen naar school!”

Meneer Jansen lachte opnieuw: “Dat is misschien niet zo’n goed idee; vogels hebben hun vrijheid nodig.”

Maar ondertussen had Finn al ideeën over hoe ze hun nieuwe vriend konden noemen: “Laten we hem Komkommer noemen! Omdat jij altijd komkommers koopt in Monopoly!”

Iedereen barstte weer in lachen uit bij die naamkeuze voor hun nieuwe vriendelijkheid – de onbekende papegaai die zomaar was komen opdagen tijdens hun creatieve middag op de heuveltop.

Ze bleven nog even zitten totdat de zon helemaal onderging, genietend van elkaars gezelschap, muziek maken en kijken naar Komkommer die vrolijk rondfladderde tussen hen door – als een symbool van vreugde zonder enige verplichtingen of verwachtingen.

En zo eindigde hun dag vol creativiteit, gelach en onverwachte ontmoetingen – zonder enige moraal of les; gewoon puur genieten van wat er gebeurde op dat moment bovenop de heuveltop met uitzicht over de velden vol kleurige bloemen.


Terug naar het overzicht met kinderverhaaltjes