Op een zonnige dag, ver weg van de drukte van de stad, lag er een verlaten eiland met witte stranden en palmbomen die zachtjes in de wind wiegden. Het eiland was omringd door helderblauw water dat glinsterde als duizenden diamanten. Op dit eiland woonde een muzikale zeeman genaamd Kapitein Koen.
Kapitein Koen was geen gewone zeeman. Hij had een grote liefde voor muziek. Zijn schip, de "Melodie", was gevuld met instrumenten: trompetten, gitaren, en zelfs een oude piano die hij op zijn reizen had verzameld. Elke ochtend zat hij op het strand met zijn gitaar en zong hij vrolijke liedjes terwijl de zon opkwam. De vogels floten mee en de golven klotsten zachtjes tegen de kust.
Op een dag, terwijl Kapitein Koen aan het spelen was, kwam er een konijn uit het struikgewas tevoorschijn. Het konijn had grote oren en een schattige neusje dat voortdurend trilde. "Hallo daar!" zei Kapitein Koen met zijn geweldige lach. "Wat doe jij hier op dit eiland?"
Het konijn keek wat onzeker en zei: "Ik ben Benny. Ik ben verdwaald en kan mijn weg naar huis niet vinden." Zijn stem klonk verdrietig en hij keek naar de grond.
Kapitein Koen knielde naast Benny neer en zei: "Maak je geen zorgen, vriend! We zullen samen jouw huis vinden." Hij pakte zijn gitaar en begon een vrolijk deuntje te spelen om Benny op te vrolijken. Het konijn begon te huppelen op het ritme van de muziek, zijn verdriet leek even vergeten.
"Wat is dat voor een mooi geluid?" vroeg Benny verbaasd terwijl hij naar de gitaar keek.
"Dat is mijn gitaar," antwoordde Kapitein Koen trots. "Ik speel muziek om mensen blij te maken."
Benny knikte enthousiast. "Ik hou van muziek! Maar ik heb ook honger," zei hij terwijl hij naar zijn buik wees.
"Geen probleem!" zei Kapitein Koen met een knipoog. "Ik heb wat kiwi's aan boord van mijn schip." Samen liepen ze naar de Melodie, waar Kapitein Koen enkele sappige kiwi's uit zijn voorraad haalde.
Terwijl ze samen zaten te genieten van de kiwi's, vertelde Benny over zijn vrienden in het bos aan de andere kant van het eiland. Hij miste hen heel erg en voelde zich soms zo alleen zonder hen.
Kapitein Koen luisterde aandachtig naar Benny's verhaal. Hij begreep hoe moeilijk het was om afscheid te nemen van vrienden, zelfs als je niet echt weggaat. Maar hij wilde Benny helpen zich beter te voelen.
"Wat als we samen een lied schrijven over jouw vrienden?" stelde Kapitein Koen voor. "Dan kunnen we het zingen als we hen vinden!"
Benny's ogen lichtten op bij die gedachte. "Dat klinkt geweldig! Maar ik weet niet goed hoe ik moet beginnen."
"Geen zorgen," zei Kapitein Koen geruststellend. "Laten we gewoon beginnen met wat woorden die je aan hen doen denken." En zo begonnen ze samen woorden op te schrijven: 'gelach', 'avontuur', 'wortels' – alles wat hen deed denken aan hun tijd samen.
Na enige tijd hadden ze hun eerste couplet geschreven:
*“In het bos waar wij renden,* *Met wortels zo groot als ons hoofd,* *Lachend onder de bomen,* *Voelden wij ons nooit alleen.”*
Benny vond het geweldig! Ze zongen hun nieuwe liedje luidkeels terwijl ze weer terugliepen naar het strand.
De zon begon langzaam onder te gaan en kleurde de lucht in prachtige tinten oranje en paars. Terwijl ze zongen, kwamen er meer dieren uit het bos kijken: vogels, schildpadden en zelfs een nieuwsgierig paard dat nieuwsgierig naar hen toe kwam gelopen.
Kapitein Koen besloot dat dit het perfecte moment was om nog meer muziek te maken. Hij pakte zijn trompet uit zijn schip en begon vrolijk te spelen terwijl Benny danste tussen al deze nieuwe vrienden.
Het paard schudde zijn manen alsof hij ook wilde meedoen aan hun feestje, terwijl de vogels floten in harmonie met Kapiteins muziek. Iedereen leek zich even gelukkig te voelen; zelfs Benny vergat even al zijn zorgen over thuis.
Na een tijdje stopte Kapitein Koen met spelen en vroeg: “Wat denken jullie? Zullen we nog meer liedjes maken?”
Iedereen juichte enthousiast! En zo begonnen ze samen verschillende nummers te zingen over vriendschap, avontuur en natuurlijk… wortels!
De nacht viel langzaam in met sterren die twinkelden aan de hemel zoals kleine lampjes die hun eigen feestje vierden boven deze muzikale bijeenkomst op het strand van het verlaten eiland.
Toen alles tot rust kwam na hun muzikale avond, voelde Benny zich gelukkig maar ook nog steeds wat onzeker over hoe hij ooit weer thuis zou komen bij zijn vrienden in het bos.
Kapitein Koen merkte dit op en zei: “We zullen morgen verder zoeken naar jouw huis.” Met die woorden viel Benny in slaap onder de sterrenhemel, veilig gewikkeld in dromen vol muziek en gelach.
De volgende ochtend werd Benny wakker door het geluid van golven die tegen elkaar klotsten en Kapiteins gitaarspel dat door de lucht zweefde als een zachte bries. “Goedemorgen!” riep Kapitein Koen vrolijk toen hij zag dat Benny wakker was geworden.
“Goedemorgen!” antwoordde Benny met een glimlach die nu breder was dan ooit tevoren.
Ze besloten meteen weer op pad te gaan om Bennys huis te zoeken. Terwijl ze door het eiland liepen, zongen ze hun zelfgeschreven liedje over vriendschap luidkeels mee met elke stap die ze zetten.
Uiteindelijk kwamen ze bij een klein pad dat leidde naar een groep bomen waaruit gelach klonk – precies zoals in Bennys verhalen! Zijn hart maakte sprongetjes van blijdschap toen hij ontdekte dat dit inderdaad zijn vrienden waren!
Benny sprong vooruit om hen hallo te zeggen terwijl Kapitein Koen achterbleef om hen vanuit de verte toe te juichen met zijn gitaar in handen.
En zo eindigde hun avontuur niet alleen voor Benny maar ook voor Kapitein Koen – twee vrienden die elkaar hadden geholpen door middel van muziek; zonder geheim of magie maar gewoon door samen plezier maken onder de zon op hun eigen manier.