Drie oude mannen zitten in het rusthuis samen aan tafel te klagen hoe slecht het wel met hun gezondheid gesteld is.
De eerste is een 70-jarige. Hij zegt : “Man man man, ik zou mijn rechterarm geven als ik nog eens goed zou kunnen pissen.”
De tweede is een 80-jarige. Hij zegt : “Wel, ik kan goed pissen maar ik zou er veel geld voor over hebben om nu en dan eens goed te kunnen kakken.”
De derde is een 90-jarige. Hij zegt : “Rond tien uur ’s morgens doe ik een lekker piske, rond elf uur doe ik een lekker kakske en tegen de middag helpt de verpleegster mij het bed uit.”