Stefan kan toveren

Stefan zegt: “Ik kan toveren”.

“Hoe dat zo?” vraagt Thierry?

“Wel, ” zegt Stefan, “als ik ’s avonds om 10 uur vertrek om met de hond te wandelen, kom ik om middernacht met een kater thuis.”

 

Dronken man zoekt zijn auto

Een stomdronken man verlaat de bar. Op de parking aangekomen stopt hij bij de eerste wagen. Hij betast het dak en zegt “Nope”.

Hij waggelt naar de volgende wagen, voelt op het dak en zegt “Nope, ook niet.”

De parkeerwachter komt naderbij en vraagt aan de man: “Waarom betast je het dak van die wagens, denkt je zo je wagen te herkennen?”

Waarop de man antwoord: “Ja. Op de mijne staat een blauw zwaailicht.”

 

Wachten op de tram

Een dronken student staat al een uur te wachten op de tram, maar die wil maar niet passeren. Toevallig loopt er net een agent langs. De jongeman spreekt hem aan: “Excuseer, meneer de agent, maar wanneer passeert de tram hier?”

De agent antwoordt: “Zodra er hier sporen liggen, jongeman.”