Een koppel gaat op reis. Ze hebben een huisje gehuurd. Op hun bestemming aangekomen wordt de man erop uit gestuurd om wat boodschappen te doen, zodat ze de eerste dagen kunnen doorkomen. Hij besluit naar de dorpswinkel te gaan. Daar aangekomen ziet hij dat er een waarschuwingsbordje aan de deur hangt: “Pas op voor de hond!”
Hij is direct op zijn hoede. Bij het binnenstappen ziet hij naast de toonbank een zeer oude hond liggen, die diep ligt te slapen. Hij voelt zich al wat meer op zijn gemak.
“Is dit de hond waar de mensen voor moeten oppassen?” vraagt hij aan de winkelier. “Het beest ziet er niet erg gevaarlijk uit. Waarom dan die waarschuwing?”
De winkelier antwoordt: “Omdat de klanten telkens over hem struikelden!”