Bart zit met een paar mannen in de kleedkamer van de tennisclub. Een mobiele telefoon gaat af . Bart neemt op, en omdat er zoveel rumoer is in de kleedkamer zet hij de telefoon op speaker. Iedereen in de kleedkamer luistert mee naar het gesprek.
Vrouw: ‘Schat, ik ben het. Ben je nog op de club?’
Bart: ‘Ja, ik was me net aan het omkleden. Wat ben jij aan het doen?’
Vrouw: ‘Ik ben aan het winkelen en ik heb een prachtig jasje gezien. Het kost maar tweeduizend euro, mag ik het kopen?’
Bart: ‘Natuurlijk, als je het jasje mooi vindt, moet je het kopen.’
Vrouw: ‘Ik heb ook een mooie nieuwe auto gezien. Hij kost bijna honderdduizend euro, mag ik hem kopen?’
Bart: ‘Natuurlijk, als je de auto mooi vindt, moet je hem kopen.’
Vrouw: ‘Geweldig! Trouwens, ik zag onderweg ook een heel mooi huis dat te koop staat voor maar twee miljoen euro. Ik weet dat we dan bijna geen geld meer hebben, maar zullen we het kopen?’
Bart: ‘Goed, als jij het huis mooi vindt, dan gaan we het kopen.’
Vrouw: ‘Oké, ik ga het meteen regelen. Ik zie je later vanavond!’
Bart: ‘Doei, schat!’
Bart hangt op. Het wordt helemaal stil in de kleedkamer. De andere mannen kunnen niet geloven dat Bart het goed vindt dat zijn vrouw al het geld uitgeeft. Vol verbazing kijken ze naar hem.
Dan zegt Bart: ‘Weet iemand van wie deze mobiele telefoon is?’