Rondvlucht met F-16

Corneel heeft de hoofdprijs gewonnen met de tombola van de kaartclub. Hij krijgt een rondvlucht in een F-16 van de luchtmacht. Op de afgesproken dag is hij paraat. De piloot geeft hem een pak met helm en zegt: “Trek dat aan. Hier zie je de intercom, als je daar op duwt, kan je met mij spreken.

Ze vertrekken. Zodra ze op volle snelheid zijn, maakt de piloot een plotse bocht naar rechts. Corneel zegt door de intercom: “Dat had ik gedacht.”

De piloot negeert het en vliegt verder. Hij maakt een scherpe bocht naar links en weer zegt Corneel: “Dat had ik gedacht.”

Het irriteert de piloot een beetje, en hij besluit een driedubbele looping te maken. Na de looping zegt Corneel: “Dat had ik niet gedacht.”

Wanneer ze weer op de grond vraagt de piloot aan Corneel wat hij precies bedoelde.
“Wel,” zegt Corneel, “dat ik zeer snel in mijn broek ging doen, dat had ik gedacht. Dat het twee keer zou gebeuren, dat had ik ook gedacht. Maar dat het ook nog eens in mijn oren zou lopen, dat had ik niet gedacht. “

 

Een nieuwe winkel

Twee mannen zijn hun nieuwe winkel aan het inrichten. Ze nemen een koffiepauze.

De winkel is ingericht, maar de rekken zijn nog niet gevuld. Dat is voor straks.

Zegt de ene tegen de andere: “Wedden dat er zo meteen één of andere oma haar gezicht tegen de etalage zal houden en zal vragen wat wij verkopen?”

Zijn woorden zijn nog niet koud, of een oude vrouw loopt naar de etalage, kijkt naar binnen en vraagt vriendelijk: “Wat verkoopt u hier, heren?”

Sarcastisch antwoordt één van de mannen: “Wij verkopen hier klootzakken, mevrouwtje.”

Het oudje lacht even en zegt met zachte stem: “De zaken gaan erg goed, zie ik. Jullie hebben er nog maar twee van over.”

 

Papa en Thomas gaan naar de Ardennen

Een papa gaat met zijn zoon Thomas, een echte boekenwurm, overnachten in een tent in de Ardennen. Dit als beloning voor zijn goede rapport. Op een grote heuvel zet papa de tent op, en even later valt hij uitgeput in slaap.

Om 2 uur ’s nachts maakt papa Thomas wakker en zegt: “Kijk eens naar de hemel, Thomas, en zeg wat je ziet.”

“Thomas kijkt naar de lucht en antwoordt: “Ik zie miljarden sterren.”

“Wat maakt je dat duidelijk, jongen?” vraagt papa vervolgens.

Thomas antwoordt: “Dat toont me dat er miljoenen sterrenstelsels en ontelbaar veel planeten in het universum aanwezig zijn.”

De vader zucht diep en zegt: “Nee Thomas, dat maakt duidelijk dat iemand onze tent heeft gestolen.”

 

Jury assisenproces

Een man krijgt op een dag een briefje in de bus waarin hij wordt gevraagd om te zetelen in de jury van een assisenproces. Hij heeft er helemaal geen zin in en zal proberen er onderuit te komen. Hij wil graag gewraakt worden door de rechter.

Wanneer het zover is, verschijnt hij voor de rechter.

De rechter vraagt: “En heb jij een goeie reden om niet in de jury te moeten zetelen?”

De man antwoordt: “Jazeker, ik kan het mij echt niet permitteren om zolang op mijn werk afwezig te zijn.”

De rechter trekt zijn wenkbrauwen op en vraagt: “En kunnen ze dan dat werk niet aan zonder jou?”

De man reageert: “Oh, zeker wel, maar ik wil liever niet dat ze dat ontdekken.”

 

Middel tegen verkoudheid

De apotheker moest in de voormiddag naar een begrafenis. Tegen de middag komt hij aan in zijn apotheek, waar zijn assistent Jan al de ganse voormiddag alleen de klanten aan het bedienen is. Buiten staat een man met een pijnlijke grimas op zijn gezicht. Bewegingloos staart hij naar het voorbijrijdende verkeer.

“Wat is er mis met die man?”, vraagt de apotheker aan Jan.
“Wel, die kwam langs met een vervelende hoest. Hij wou graag hoestsiroop kopen. Maar de voorraad hoestsiroop is net op. Daarom heb ik hem een laxeermiddel gegeven.”

“Maar Jan toch!”, roept de apotheker uit, “een verkoudheid los je toch niet op met een laxeermiddel?”

“Het lijkt toch goed te werken.”, zegt Jan, “Ik denk niet dat hij nog durft te hoesten.”

 

Vrouwencatalogus

Twee vrijgezellen kijken in de catalogus van een postorderbedrijf.
Zegt Robin: “Wow, daar staan mooie vrouwen in!”
“Ja,” antwoordt Simon, “dat zijn prachtige meiden.”
Robin stelt voor: “Willen we elk zo een vrouw uit die catalogus bestellen?”
Simon is enthousiast. “Goed idee. We kiezen er elk één uit.”
Drie weken laten ontmoeten ze elkaar weer
“En,” vraagt Robin, “is die vrouw die je besteld hebt al aangekomen?”
“Neen nog niet,” antwoordt Simon, “maar het zal allicht niet lang meer duren, want haar kleding is al aangekomen.”

 

5 cent in de hemel

Een muntstukje van 5 cent sterft en gaat naar de hemel. Daar aangekomen
verbaast hij zich over de feestelijke ontvangst die hem te wachten staat. Alle
engelen en Sint-Pieter begroeten hem met een dikke knuffel en een dikke
kus en hij krijgt de beste plaats op de mooiste wolk.

Hij krijgt daarbovenop ook nog eens zes butlers die hem bedienen als een koning. Weinig later sterft een biljet van 500 euro en komt ook aan in de
hemel. Maar het onthaal is duidelijk veel minder leuk.

Een van de engelen kijkt op en wijst dan het biljet van 500 een plaats op een klein oncomfortabel donkergrijs wolkje. Iedereen laat hem links liggen en niemand heeft contact met hem. En dat terwijl iedereen zo goed zorgt voor het muntje van 5 cent.

Na een tijdje stelt het biljet van 500 euro toch de vraag aan Sint-Pieter: “Sint-Pieter, hoe komt het dat het muntstuk van 5 cent zo een goede behandeling krijgt en ik, het biljet van 500 euro, zo triestig behandeld word?”

Sint-Pieter antwoordt: “Ja… we hebben jou ook niet vaak gezien tijdens de mis.”

 

Christelijke papegaai

Magda gaat elke week naar de kerk. Op een dag komt ze met haar papegaai op bezoek bij meneer pastoor en zegt: “Kijk eens wat ik mijn papegaai heb geleerd! Als je aan zijn rechterpoot trekt, zegt hij het Onze Vader op en als je aan zijn linkerpoot trekt, dan zegt hij een weesgegroetje.”

De pastoor is blij verrast: “Maar dat is geweldig! Wat gebeurt er als ik aan allebei zijn poten trek?”

De papagaai antwoordt vooraleer Magda de kans heeft: “Dan flikker ik op mijn bek, eikel!”

 

Thomas heeft net zijn rijbewijs gehaald

Thomas heeft vandaag zijn rijbewijs gehaald. Zijn vader heeft hem begeleid. Om het te vieren loopt gans het gezin naar de oprit om in de auto te stappen en een eerste ritje te maken met de nieuwe chauffeur. Vader kruipt direct op de achterbank, net achter de chauffeur.

“Waarom ga je daar zitten?” vraag Thomas. “Normaal zit jij toch naast mij.”

“Wel”, antwoordt de vader, “ik ben hier komen zitten om de hele tijd in je rug te kunnen schoppen, zoals jij al die jaren als kind hebt gedaan.”

 

Jantje is gaan zwemmen

Jantje is gaan zwemmen met zijn vrienden, maar komt na een half uurtje al terug thuis.

Zijn mama vraagt verwonderd: “Wel Jantje, ben je al terug van het zwemmen? Hoe komt dat?”

Jantje antwoordt: “Ja, ze hebben me weggestuurd omdat ik in het zwembad geplast heb.”

Mama aarzelt even en zegt dan: “Dat geeft niet hoor, Jantje. Iedereen doet dat wel eens.”

Jantje zegt: “Ja, dat dacht ik dus ook. Maar blijkbaar hebben ze toch niet graag dat je het vanaf de hoge duikplank doet.”

 

Zeg het met bloemen

Een man gaat langs bij een bloemenzaak met het motto: ‘Zeg het met bloemen!’

“Hmm”, denkt hij, “ik ga mijn vrouw eens verrassen.”

Hij gaat naar binnen, kijkt even rond en vraagt om één roos in te pakken. De bloemiste vraagt een beetje verwonderd: “Wil je maar één bloem?”.

“Ja”, antwoordt hij, “ik ben een man van weinig woorden.”

 

Een vrouw komt aan in de hemel

Bertha komt aan in de hemel en vraagt of ze haar man terug kan zien.

Sint-Pieter zegt: “Oké. Ik zal even via de pc opzoeken waar hij is.”

Hij kijkt in de groep ‘GELUKKIGEN’, maar vindt hem niet.

Vervolgens kijkt hij in de groep ‘HEILIGEN’, maar ziet hem er ook niet tussen staan.

Hij vraagt aan Bertha: “Hoelang waren jullie getrouwd?”

“64 jaar”, zegt Berta fier!

Sint Pieter zegt: “Oei, dan zal ik in de groep ‘MARTELAREN’ kijken.”

 

Jantje ligt in bed en heeft dorst

Jantje ligt 10 minuten in bed. Hij heeft dorst. En zin in melk.

‘Papa, ik zou graag een glas melk krijgen!’ roept Jantje vanuit zijn bed.

‘Jongen, het is laat en je hebt je tanden al gepoetst. Ga slapen!’ roept zijn vader.

Na vijf minuten roept Jantje weer: ‘Vader, mag ik nu een glas melk?’

Vader roept nu al wat bozer terug: ‘Jantje, ik heb al nee gezegd. Het is veel te laat. Ga slapen!’

10 minuten later probeert Jantje het nog eens: ‘Papa! Krijg ik een glas melk?’

Nu roept vader erg boos: ‘Als je nu niet ophoudt met zeuren kom ik naar boven!’

Jantje roept terug: ‘Ach, neem dan meteen even een glas melk mee!’

 

Jantje weet wat een gentleman is

Jantje gaat met de trein naar school. Het is druk, maar hij vindt toch een zitplaats.

Er stapt een moeder op met een kind op de arm. Jantje staat voor haar op en zegt dat ze mag gaan zitten op zijn plaats.

Ze zegt: ‘Bedankt, jij bent een echte gentleman!’

Tijdens de volgende les Engels vraagt de onderwijzeres toevallig: ‘Wie weet wat een gentleman is?’

Onmiddellijk steekt Jantje zijn vinger op en zegt: ‘Dat is een man die een vrouw met kind laat zitten, juf!’

 

Jantje wil 5 euro

Jantje vraagt vijf euro aan zijn vader. Zijn vader weigert.

“Papa”, zegt Jantje, “als jij mij vijf euro geeft dan vertel ik wat mama vanmorgen bij de bakker zei. ”

Vader wordt nieuwsgierig. Hij geeft Jantje 5 euro. “Wat zei mama dan tegen de bakker? “, vraagt papa.

“Twee lange witte, gesneden, alstublieft”, zegt Jantje.

 

Jantje is vroeg thuis van school

Jantje komt thuis van school.

“Wat ben jij vroeg thuis.” zegt zijn moeder, die aan het telewerken is.

“Ja,” zegt Jantje, “Ik werd naar huis gestuurd omdat de jongen die naast mij zat aan het roken was.”

“‘Wat zeg je nu?” zegt moeder verbaasd, “JIJ werd naar huis gestuurd omdat HIJ rookte?”

“Ja.”, zegt Jantje, “maar ik had hem in de brand gestoken.”

 

Jantje neemt de telefoon op

De telefoon rinkelt en Jantje neemt op.

“Dag vriendje”, zegt een vriendelijke mannenstem aan de andere kant van de lijn. “Is je papa thuis?”

“Ja”, fluistert Jantje, “Die is thuis, maar hij is druk bezig.”

“En je mama?” vraagt de man. “Is je mama thuis?”

“Ja”, fluistert Jantje weer, “Die is ook thuis, maar zij is ook druk bezig.”

“Is er misschien nog iemand anders thuis dan?” vraagt de man geduldig.

“Ja, m’n grote zus”, fluistert Jantje, “Maar die is ook bezig.”

“Wel wel”, vraagt de man, “Waar is iedereen daar zo druk mee bezig dat ze niet aan de telefoon kunnen komen?”

“Ze zijn mij aan het zoeken. Ik zit verstopt in de kast.” fluistert Jantje.

 

Jantje gaat met oma naar het bos

Jantje gaat met oma naar het bos. Ze zijn er nu vlakbij.
Oma vraagt: “Zie je het bos al, Jantje?”
Jantje antwoordt: “Nee, want al die bomen staan ervoor.”

 

Jantje en een ouderwets horloge

Jantje heeft van zijn oma een nieuw uurwerk gekregen. Het is een ouderwetse met tandwieltjes, die je moet opwinden.

Na een week werkt het niet meer.

Jantje schroeft het horloge open en er valt een dode vlieg uit.

“O”, zegt Jantje, “Ik zie het al. De machinist is dood.”

 

Jantje is te laat voor school

Jantje loopt naar school. Hij was wat laat vertrokken en kijkt op zijn uurwerk. Het is 5 voor half 9.

Jantje begint te rennen. Hij begint te herhalen: “O, god laat me op tijd op school komen! O, god laat me op tijd op school komen!”

Plots struikelt Jantje. Hij zegt: “Je hoeft me nu ook niet te duwen, he, God.”